Donkere ooievaarsbek

Donkere ooievaarsbek
Donkere ooievaarsbek
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (planten)
Stam:Embryophyta (landplanten)
Klasse:Spermatopsida (zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'Nieuwe' tweezaadlobbigen
Clade:Rosiden
Orde:Geraniales
Familie:Geraniaceae (ooievaarsbekfamilie)
Geslacht:Geranium (ooievaarsbek)
Soort
Geranium phaeum
L. (1753)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Donkere ooievaarsbek op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

De donkere ooievaarsbek (Geranium phaeum) is een vaste plant uit de ooievaarsbekfamilie (Geraniaceae). Het is een stinsenplant waarvan de bloeitijd loopt van mei tot in juni.

Determinatie

De min of meer rechtopstaande stengels zijn 30–60 cm lang en in het bovenste deel vertakt. Ze zijn behaard met lange, afstaande haren. De plant groeit in een pol. De rozetbladeren zijn langgesteeld. De verspreid staande stengelbladen hebben grof getande slippen met meestal een aantal paren zwarte vlekken aan beide kanten van de diepere bladinsnijdingen. De bloemen zijn tweeslachtig, ze staan staan met twee bij elkaar in een ijle bloeiwijze aan het eind van een stengel. De top van de bloemsteel buigt tijdens de bloei, de bloem staat daardoor iets voorover. De circa 2 cm grote bloemen zijn zwartachtig paars van kleur. Ze zijn iets teruggeslagen, omgekeerd hartvormig, aan de top uitgerand en hebben vaak een korte eindspits. Elke bloem heeft tien meeldraden, de stempels zijn groengeel. De vrucht is een kluisvrucht, de zaden zijn kaal en glad. De plant is tweezaadlobbig.

Ecologie

De soort is te vinden op zonnige tot licht beschaduwde, matig stikstofrijke en vochtige, mesotrofe tot eutrofe, matig zure tot zwak basische zand-, klei- en leembodems.

De overblijvende plant groeit in loof- en parkbossen, in bossen bij buitenplaatsen en in hellingbossen, in bosranden en houtwallen, in heggen, struwelen, oude boomgaarden en begraafplaatsen. Verder staat ze ook wel in enigszins ruig grasland en aan waterkanten.

Syntaxonomie

Donkere ooievaarsbek geldt als kensoort voor het essen-iepenbos (Fraxino-Ulmetum).

Verspreiding

Donkere ooievaarsbek groeit van oorsprong op de bergweiden van Centraal- en Zuid-Europa. In de Lage Landen is ze sinds de achttiende eeuw ingeburgerd. In Nederland en Vlaanderen komt de plant vooral voor in de buurt van de Utrechtse Vecht en aan de Hollandse binnenduinrand, daarbuiten is ze zeer zeldzaam. In de Belgische Ardennen is ze algemener. Als sierplant is donkere ooievaarsbek ingeburgerd op meerdere plaatsen in West-Europa.

Gebruik

De zwartachtig paarse bloemen worden als rouwsymbool gebruikt. De wortel van de plant wordt in de kruidengeneeskunde als bloedzuiverend middel aangewend en zou een positieve invloed op de bloedsomloop hebben.

Afbeeldingen

Donkere ooievaarsbek
Donkere ooievaarsbek
Geranium phaeum album

Externe link

  • Donkere ooievaarsbek (Geranium phaeum) op SoortenBank.nl (gearchiveerd) (gebaseerd op de Heukels23, dit is de voorlaatste uitgave)
Mediabestanden
Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Geranium phaeum op Wikimedia Commons.
· · Sjabloon bewerken
Soorten van het geslacht Geranium (ooievaarsbek)

... · G. columbinum (fijne ooievaarsbek) · G. dissectum (slipbladige ooievaarsbek) · G. lucidum (glanzige ooievaarsbek) · G. macrorrhizum (rotsooievaarsbek) · G. molle (zachte ooievaarsbek) · G. nodosum (knopige ooievaarsbek) · G. palustre (moerasooievaarsbek) · G. phaeum (donkere ooievaarsbek) · G. pratense (beemdooievaarsbek) · G. purpureum (klein robertskruid) · G. pusillum (kleine ooievaarsbek) · G. pyrenaicum (bermooievaarsbek) · G. robertianum (robertskruid) · G. rotundifolium (ronde ooievaarsbek) · G. sanguineum (bloedooievaarsbek) · G. sylvaticum (bosooievaarsbek) · ...

· · Sjabloon bewerken
Kenmerkende stinsenplanten:adderwortel · blauwe anemoon · blauwe druifjes · bosanemoon · boerenkrokus · bonte krokus · bosgeelster · daslook · gele anemoon · gevlekt longkruid · gevlekte aronskelk · gewone vogelmelk · gewoon sneeuwklokje · grote bosaardbei · holwortel · herfsttijloos · Italiaanse aronskelk · Haarlems klokkenspel · knikkende vogelmelk · kraailook · lelietje-van-dalen · lenteklokje · mansoor · oosterse sterhyacint · trompetnarcis · vingerhelmbloem · vroege sterhyacint · wilde hyacint · wilde kievitsbloem · wilde narcis · winterakoniet
Bijkomende soorten:alpenbes · armbloemig look · beemdooievaarsbek · bergbeemdgras · blauwe anemoon · bloedzuring · bosvergeet-mij-nietje · daglelies · donkere ooievaarsbek · dikkemanskruid · elfenbloempje · fluitenkruid · gele dovenetel · gevlekte dovenetel · grote sneeuwroem · gebroken hartje · gulden sleutelbloem · Japans hoefblad · Japanse duizendknoop · maarts viooltje · monnikskap · Kaukasisch sneeuwklokje · keizerskroon · kleine maagdenpalm · kleine sneeuwroem · kruipend zenegroen · lievevrouwebedstro · leverbloempje · oosterse anemoon · overblijvende ossentong · prachtframboos · pastinaak · robertskruid · roomse kervel · salomonszegel · slanke sleutelbloem · sneeuwbes · speenkruid · stinkend nieskruid · struisvaren · stengelloze sleutelbloem · Turkse lelie · tuinkamperfoelie · voorjaarszonnebloem · voorjaarshelmkruid · wilde akelei · wit hoefblad · wrangwortel · zevenblad · zomerklokje